Het bezoek aan de Downpoli brengt de bevestiging van een angstig vermoeden: Alzheimer stadium 1. Volgens recent wetenschappelijk onderzoek val je daarmee in de categorie waarin het zich op vroege leeftijd openbaart. Tijdens ons gesprek met de arts van de Downpoli zit ze naast me. Ze beantwoordt verlegen de vragen die Peter Vos, de arts, stelt. Als ik huil kijkt ze me verbaasd aan. Even later reageert ze op de cue ‘overgewicht’ en stamelt ‘ikke niet’, met een glimlach.
Lief is ze, het liefste wat ik ken. Een klein kind, mijn kind in een oud lichaam.
Peter Vos licht toe: fysiek is ze 15 tot 20 jaar ouder dan haar echte leeftijd. Ik reken snel en kom dan uit op 58 tot 63 jaar. Maar als ik zo naar haar kijk weet ik dat dat niet waar is. Dan is ze ouder. Stijf. Traag. Moe.
Ik wil het weten en vraag naar de verwachting na deze heftige diagnose. Met slagen om de arm hoor ik wat ik niet horen wil. De bad luck categorie, reken op vijf jaar, geen behandeling, wel inzet om het haar zo comfortabel mogelijk te maken…. ik slik en huil weer.
Laat het niet waar zijn. Laat me wakker worden en met een ‘ik heb zo akelig gedroomd’. Zo hard zal het leven toch niet zijn. Bad(st) luck.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten