vrijdag 13 april 2012

6 april 2012 Praatstoel

Het is goede vrijdag. Ook letterlijk. In tegenstelling tot de weersverwachting is het zonnig weer. See is blij en redelijk helder. Zij het minimaal, doet ze zo nu en dan een poging om iets te vertellen of geeft ze antwoord op een vraag met net iets meer woorden dan ‘watte’, ‘ja’ of ‘nee’. Zo vertelt ze zelf ‘ik heb fiets’, refererend aan de eerste keer dat ze een rondje op de duofiets heeft gemaakt, met Helma naast zich. Ze straalt erbij. Ik vraag haar of ze het konijntje, dat ze op de dagbesteding hebben, nog op schoot heeft gehad. Ze beaamt het. Wederom stralend. Wanneer ik zeg dat ik een keer kom kijken zegt ze monter ´mag wel hoor´. En voor de etalage van een juwelier in Oisterwijk bestudeert ze nauwgezet de kleurrijke horloges in de etalage, wijst en zegt ´kijk dan´. Voor haar doen veel talige communicatie en veel eigen initiatief. Als je het zo wilt stellen zit ze op haar praatstoel. Een goede vrijdag, zogezegd. Zondag, eerste Paasdag, haal ik haar op en mag ze een nachtje bij haar moeder slapen, samen met Marcel en mij.´Ik mag naar huis´stamelt ze steeds. Een lonkend perspectief met wortels in een ver verleden, toen ze gewend was door de week in de instelling te wonen en in het weekend ´naar huis te gaan´. Thuis. Op de praatstoel.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten